Gepost op

Brieven uit Westerbork

Brieven uit Westerbork

Inleiding Koert Broersma

Nawoord Elisabeth Oets

Philip Mechanicus

In zijn dagboek In Depot heeft journalist Philip Mechanicus een ooggetuigenverslag opgesteld waarin hij van dag tot dag zijn verblijf in kamp Westerbork beschrijft. Tegelijk observerend en betrokken bij het lot van zijn medegevangenen, ‘alsof ik als officieel reporter een schipbreuk versla’, beschrijft hij het dagelijkse leven in de periode 28 mei 1943 tot 28 februari 1944 in dit kamp. Daarna wordt hij gedeporteerd naar Auschwitz en daar doodgeschoten. Met de dagboeken van Anne Frank en Etty Hillesum behoort In Depot tot de belangrijkste Nederlandse Holocaust-dagboeken.

Maar Philip Mechanicus schreef niet alleen een dagboek, hij schreef ook vele brieven aan familie en vrienden. In deze bundel zijn de belangrijkste bewaard gebleven brieven gebundeld.

Biograaf Koert Broersma (Buigen onder de storm. Philip Mechanicus verslaggever tot in de dood 1889-1944) schreef een inleiding. Kleindochter en zangeres Elisabeth Oets eert haar grootvader met haar voorstelling Philip Mechanicus. Wachten op transport. Zij schreef een persoonlijk nawoord.

Bekijk hier het inkijkexemplaar

 19.50Boek bestellen

Gepost op

Bittergeld

Bittergeld

De restitutie van geroofde Joodse tegoeden

Joop Sanders

Nog voor hun deportatie werden de Nederlandse Joden volledig ontrecht. Een onderdeel daarvan vormde de verplichte inlevering van al hun bezittingen. Na de oorlog werd de roof via een proces van rechtsherstel voor het overgrote deel ongedaan gemaakt. Maar dat was voor lang niet iedereen het geval.

In de tweede helft van de jaren negentig ontstond in het spoor van de internationale restitutiebeweging een tweede kans. Daarnaast kwam naar voren dat aan overheid, banken en verzekeraars aanzienlijke bedragen uit onbeërfde Joodse nalatenschappen waren toegevallen, wat uit moreel gezichtspunt onaanvaardbaar werd gevonden. Bovendien bracht onderzoek aan het licht dat beurshandelaren actief bij de roof betrokken waren, wat alsnog aanleiding vormde om de door hen toegebrachte schade te verhalen.

In dit boek worden zowel het rechtsherstel als het hernieuwde restitutieproces kritisch onder de loep genomen. Waarom werd dat laatste hervat? Waardoor was het mogelijk dat de kleine Joodse gemeenschap een soms harde strijd met de Staat en machtige financiële instellingen succesvol kon afsluiten? Welke belemmeringen vond zij op haar weg? Wat was de rol van de commissies voor onderzoek en advies? Auteur werpt een nieuw licht op deze spannende periode aan het eind van de vorige eeuw die regelmatig voorpaginanieuws was.

Joop Sanders (Enschede, 1939) studeerde economie te Rotterdam. Hij was werkzaam in het bedrijfsleven en de non-profit sector. Zijn laatste functie was secretaris van het Centraal Joods Overleg van 1997-2001.

Bekijk hier het inkijkexemplaar

 35.00Boek bestellen

Bekijk de integrale versie van de boekpresentatie

 

Bekijk de korte versie van de boekpresentatie

Navigeren in het programma:

0:30 – 1:35 David Simon – opening
1:35 – 9:10 Gerton van Boom – uitgever
9:10 – 30:50 Prof. dr. Bart Wallet – begeleider

Muzikaal intermezzo
30:50 – 40:12 Maxim Heijmerink – piano

40:12 – 1:05:30 Joop Sanders – auteur
1:05:30 – 1:18:50 Gerrit Zalm – eerste exemplaar
1:18:50 – 1:28:20 Joop Sanders – dankwoord
1:28:20 – 1:31:13 David Simon – afsluiting

Gepost op

Het ongeloof

Het ongeloof

Sally Noach hielp honderden Joodse en niet-Joodse Nederlanders vluchten

Jacques Noach

Geliefd bij het Koninklijk Huis, verguisd door de ambtenaren van Buitenlandse Zaken.

Sally Noach redde in de Tweede Wereldoorlog honderden vluchtelingen het leven maar erkenning hiervoor van regeringszijde kwam er nooit. Hij bleef op zijn vlucht naar Engeland ‘hangen’ op het Nederlandse consulaat in Lyon als tolk-vertaler. Daar heeft Sally honderden Nederlandse (Joodse en niet-Joodse) vluchtelingen geholpen te vluchten naar Zwitserland en Spanje om zich vervolgens in Engeland bij de geallieerde strijdkrachten aan te sluiten. Hij moest hierbij, door gebrek aan middelen en menskracht, uiterst creatief te werk gaan. En dat was tegen het zere been van de diplomaten van Buitenlandse Zaken. Zij vonden dat de ‘onbeschaafde’ gelegenheidsdiplomaat zich meer aan de (Duitse en Vichy-Franse) regels moest houden. De verarmde en vaak antisemitische adellijke top van het corps diplomatique en de ongeschoolde tapijt- en stoffenverkoper Sally Noach spraken niet dezelfde taal.

Zoon Jacques Noach (Londen, 1946) deed uitgebreid archiefonderzoek naar het ‘dossier Sally Noach’ en kwam tot ontluisterende onthullingen over de hulp die ‘Londen’ bood aan Nederlandse vluchtelingen. Als het aan de ambtenaren had gelegen was iedereen vanuit Frankrijk direct teruggestuurd naar het bezette Nederland. Ook was er onmiskenbaar sprake van beschavingsantisemitisme. Ambtelijk werd Sally gekarakteriseerd als ‘geen beschaafd/welopgevoed mensch’. Consul-generaal der Nederlanden in Frankrijk, Ate Sevenster, formuleerde het helder: ‘Joodse vluchtelingen waren “de minste lui”.’

In 1969 kreeg Sally Noach van koningin Juliana en prins Bernhard het Erekruis van de Huisorde van Oranje. Van regeringswege kreeg hij slechts minachting. In 1971 publiceerde hij zijn oorlogsherinneringen met als titel Het moest gedaan worden. Dit boek is integraal opgenomen.

Jacques Noach is de oudste zoon van Sally Noach en Annie Visser. Hij is eind 1946 in London geboren en heeft na zijn universitaire studie als registeraccountant gewerkt. In die periode heeft hij ook vele bestuursfuncties vervult. Na zijn vaders overlijden in 1980 heeft hij diens archief (documenten, brieven, foto’s) uitgezocht en recentelijk geschonken aan het NIOD in Amsterdam. Jacques heeft twee kinderen, Yves en Nathalie, uit zijn huwelijk met Betty Corper (die in 2009 overleed). Jacques hertrouwde met jeugdliefde Marion Loewenstein, die zelf drie kinderen heeft, samen hebben zij nu zes kleinkinderen. Jacques is onderscheiden met de Franse ‘Chevalier dans l’Ordre National de Mérite’.

 24.50Boek bestellen

 7.95Boek bestellen

Gratis side-boekje

Sierk Plantinga – ‘Zoolang men hier is, blijft men in gevaar’

 0.00Boek bestellen

 

Bekijk de korte versie van de boekpresentatie op 30 maart 2022

 

Bekijk de integrale versie van de boekpresentatie op 30 maart 2022

Navigeren in het programma:
00:00 Inleiding Gerton van Boom, uitgever
08:20 Sierk Plantinga, Vluchtelingen in Frankrijk
37:20 Muzikaal intermezzo
43:30 Interview Frits Barend en Jacques Noach
01:12:20 Dankwoord Jacques Noach
01:24:15 Eerste exemplaar aan Laila Schipper
01:25:45 Dankwoord Laila Schipper
01:28:30 Afsluiting Gerton van Boom, uitgever

Gepost op

Terugblik

Terugblik

Op weg naar Westerbork weggegeven aan wildvreemde passanten

Merlyn Frank

Merlyn Frank (Amsterdam, 1940) bezocht het Enschedees lyceum en de tolkenschool in Genève. Ze werkte ruim tien jaar bij El Al Israel Airlines. En ze overleefde de Holocaust: op weg naar Westerbork werd de bijna driejarige Merlyn door haar moeder meegegeven aan vreemden op een station.

Vrijwel haar hele familie werd vermoord in Sobibór. Lange tijd kon en wilde ze dat niet geloven. Jarenlang wachtte ze op de terugkeer van haar ouders; veel te lang bleef ze hopen en dromen.

Deze oneerlijke, valse start kleurde haar jeugd. Merlyn was woedend op de hele wereld ‒ de nazi’s, de omstanders en de wegkijkers. Verdriet en frustratie maakten haar tot een lastig kind dat vaak wegliep, maar altijd door de politie of een leraar van school werd teruggebracht. Haar pleegouders hadden voor de duur van de oorlog een Joods kind in huis genomen, maar zaten nog vele jaren opgescheept met een heel moeilijk meisje. Daarvoor hadden ze destijds niet gekozen. En Merlyn evenmin.

In deze ogenschijnlijk luchtige vertelling blikt Merlyn Frank terug op een leven waarin boosheid en weemoed soms onverwachts de kop opsteken en waarin waanzin en werkelijkheid vaak samengaan. Ze beschrijft een enigszins neurotische vrouw die veel wankelt, maar nooit valt. Een moedig en meeslepend verhaal, dat verrast en ontroert.

Merlyn Frank heeft drie publicaties op haar naam staan. In 1998 schreef ze Koosje. Een dinsdagskind, een reconstructie van het leven van haar moeder aan de hand van documenten en gesprekken met nabestaanden. In 2000 verscheen haar autobiografische roman Vliegende kiep, waarin ze met name op zoek naar zichzelf gaat vanaf haar dertiende tot dertigste levensjaar. In 2018 verschijnt het vervolg Ver weg en heel dichtbij. Een testament.

 0.00Boek bestellen